maandag 20 augustus 2007

Liever Vlaanderen - Belgicistische mythe 1 van 5 ... weerlegd

1. DE BELGISCHE MEERWAARDE: België is een land met een prachtige verscheidenheid, zowel cultureel als geografisch. De landschappen zijn er divers, ook de culturen die er leven en de mensen die er wonen. Belgen zijn erg verschillend in levensovertuiging en in afkomst.

Dit hoeft in een onafhankelijk Vlaanderen niet anders te zijn. Ook in onze toekomstige republiek is er plaats voor verschillende culturen. Het bindmiddel voor al deze culturen is echter een gemeenschappelijke taal (minderheidstalen toegestaan voor de regio Brussel), de universele verklaring van de rechten van de mens en de scheiding van kerk en staat.

Deze diversiteit is tegelijk een rijkdom en een uitdaging. Uit diversiteit kunnen nieuwe culturele elementen geboren worden, maar zulk een verscheidenheid vraagt ook verdraagzaamheid en een beheersing van de kunst van het samen-leven. Of het daarbij over taalverschillen, culturele of levensbeschouwelijke verschillen gaat, is principieel bijkomstig, belangrijk is dat deze grote diversiteit uitnodigt tot het ontwikkelen van een verdraagzame multiculturele samenleving op basis van het concept “multicultureel burgerschap”, met de mensenrechten sterk in het centrum van de aandacht.

Multiculturaliteit is een maatschappelijk concept dat mij veel te hoog gegrepen lijkt. Het veronderstelt immers ofwel dat elke burger in zich verschillende culturen draagt zonder onderscheid wat dan wel de belangrijkste cultuur is ofwel dat in één staat verschillende culturen naast elkaar kunnen leven. Beide zijn mijn insziens onmogelijk of leiden tenminste tot wantoestanden. In het eerste model van multiculturaliteit heeft niet iedereen de intellectuele capaciteiten om élke cultuur even goed in zich te dragen, en zelfs al zou dat kunnen, dan is het nog maar de vraag of het zo onverdraagzaam is de eigen autochtone cultuur nog steeds te verkiezen boven de nieuwe culturen. In het tweede model is een samenleving met culturele groepen die náást elkaar leven geen multiculturele samenleving meer, maar een apartheidssamenleving. De enige optie is dat culturen zich vermengen met elkaar tot nieuwe hybride culturen, goed wetende dat dit veel tijd vergt en je dit proces niet kunt sturen.

Hoe moet onze houding als Vlaming dan zijn, als deze multiculturele modellen - mijns insziens althans, correct me if I'm wrong - ontoereikend zijn? Moeten wij die andere culturen dan bestrijden? Helemaal niet, maar het omgekeerde is ook overdreven: wij moeten niet bang zijn om onze cultuur in het centrum te zetten, aan te tonen dat dit onze manier van leven is, zonder schroom, of angst als rascist of xenofoob te zullen worden beschouwd door politiek correcte denkers.Wij mogen onze cultuur met recht en rede zelfs beschouwen als de leidcultuur, die nieuwe culturen tolereert en er connecties mee aangaat, maar zich zelf niet verloochent door eigen traditie en waarden zomaar overboord gooit om toch maar multicultureel te zijn.

Historisch gezien is echter de taalverscheidenheid in België belangrijk, en daarom is multicultureel burgerschap ondenkbaar zonder voorafgaand onderling respect van en tussen de taalgemeenschappen. Of anders: in België begint de multiculturele samenleving bij goede contacten tussen de burgers ondanks de taalverschillen. Taalvrijheid is een Belgisch grondrecht.

Volkomen mee eens. Onderling respect tussen de taalgemeenschappen is essentieel, alleen stellen we vast dat dit respect nooit wederzijds geweest is: de meeste Vlamingen spreken kwalitatief tien keer beter Frans dan de Walen Nederlands spreken. Taalvrijheid is een individueel grondrecht, de overheden zijn gebonden aan taalwetten, waar ZEER weinig respect voor betoond wordt. En dit van Franstalige kant.

Een Belgisch nationalisme kan dan ook niet anders dan een gematigd nationalisme zijn, multicultureel naar binnen, op internationale samenwerking gericht naar buiten, of korter: een vredelievend nationalisme voor zowel binnen- als buitenland. Dit concept van gematigd en vredelievend Belgisch nationalisme sluit nauw aan bij de Belgische traditie van de humanitaire verzorgingsstaat waarbij sociale zekerheid en respect voor mensenrechten een centrale plaats innemen, zodat bij voorbeeld onderwerpen als “gelijk loon voor gelijk werk” en “solidariteit” geen loze begrippen zijn.

Geen van deze kenmerken hoeft verloren te gaan in een onafhankelijke republiek Vlaanderen:

- multiculturaliteit: eerder beschreven

- op internationale samenwerking gericht naar buiten: Vlaanderen wordt geen eiland in Europa bij onafhankelijkheid, integendeel, het zal ten volle zijn karakter kunnen beleven en daardoor internationaal beter kunnen communiceren dan België dat door zijn interne verdeeldheid de meest diffuse boodschappen de wereld in stuurt. (à la géén bezoek aan Kongo van de Koning (De Gucht), maar wel een eretitel voor Kabila (Flahaut) )

- vredelievend: de Vlaamse Beweging is de grootste promotor van de leuze “Nooit meer Oorlog” en herdenkt nog jaarlijks de gevallen slachtoffers aan de Ijzer, zelfs al willen bepaalde nationalistische groepen dit oorspronkelijk vredessymbool politiek recuperen.

- De traditie van de humanitaire verzorgingsstaat is een mooie Belgische erfenis die we meenemen in onze nieuwe republiek. Ook respect voor mensenrechten en gelijk loon voor gelijk werk nemen we mee.

- Solidariteit: de nieuwe Vlaamse republiek zal ons in staat stellen héél solidair te zijn met de Vlaming die het wat moeilijker heeft. We zullen ook minder problemen hebben om solidair te zijn, omdat de Vlaming aan wie een uitkering wordt toegekend respect heeft voor de natie die hem helpt, in tegenstelling tot Waalse politici die zelfs geen verantwoording willen afleggen voor wat met het Vlaams solidariteitsgeld gebeurd is.

Tot de Belgische tradities behoort zelfs een soort ironiserend “anti-nationalisme”, welk op zich als positief kan beschouwd worden omdat het zich afzet tegen chauvinisme en fanatiek patriottisme, maar ook tegen onverdraagzaam regionalisme. Eigenaardig genoeg is deze goed begrepen zin voor ironie en zelfs surrealisme een belangrijke Belgische troef, omdat die relativerend werkt, en behoedt voor fanatisme.

De pose van België als surreëel land is een aanvaardingsretoriek van ontoelaatbare politieke toestanden. Het is inderdaad surreëel dat voor een land van tien miljoen inwoners we zeven regeringen, 58 ministers en staatssecretarissen en 600 parlementairen nodig hebben, maar dat vergoelijkt de praktijk op zich daarom niet minder. Daarenboven is de beschreven ironie inderdaad noodzakelijk voor elke natie, maar wat wij in Vlaanderen door onze Vlaamse elite laten promoten is regelrechte complexerende zelfhaat, bedoeld om de Vlaamse natie te culpabiliseren en zo haar verdere groei te beperken. In geen enkel land op de planeet komt het voor dat intellectuelen, grootgebracht en gefinancierd door het geld van hun eigen gemeenschap, in het latere leven gaan kakken op die gemeenschap. Ironie en satire zijn dus prachtig, alleen moeten zij ook aangewend worden om de ontoelaatbare politieke toestanden in dit land aan de kaak te stellen. Alleen wordt satire dan dikwijls "enggeestig pallieterkesdenken" genoemd …

Juist omwille van die uitdagende diversiteit, die tevens onze rijkdom is, betekent België een opportuniteit, een buitenkans, om de kunst van het vredelievend samen-leven in praktijk om te zetten. En, wie weet, misschien ooit tot inspiratie en voorbeeld te kunnen dienen voor andere probleemgebieden in de wereld. Als een soort “vredeszone” in een wereld waarin een geweldpandemie heerst. Bij het inschatten van de welvaart is het daarom nodig rekening te houden met indexen die welzijn in kaart brengen zoals het bekende DNI (Duurzaam Nationaal Inkomen): het is mogelijk dat BNP en DNI zelfs tegengestelde bewegingen maken.

Ik hoor aan uw retoriek en uw kennis van zaken (DNI, persoonlijk ben ik meer voorstander van de GDI) dat u stamt uit een sociale beweging, welnu ikzelf ben de sociale zaak en de problemen op wereldvlak zeer genegen. Alleen kunt u moeilijk België als vredeszone omschrijven. Sinds de federalisering zijn de communautaire spanningen nooit gaan liggen, wat bewijst dat dit model voor een grote groep mensen niet werkt. Dit communautair debat vergt veel energie, energie die we beter zouden kunnen gebruiken voor sociale doeleinden, zoals het uitbouwen van een degelijke en goed gefinancierde (ik sta achter de 0,7 % !) ontwikkelingssamenwerking. Er zijn twee oplossingen om deze communautaire spanningen op te lossen: ofwel evolueren we terug naar een unitaire staat, ofwel naar een grondige staatshervorming, waar de Vlaamse meerderheid zijn meerderheid kan laten gelden. Zoniet, komt er erger (in mijn opinie dus beter) en komt het tot een scheiding van ons land.

De verschillende regio’s in België, de provincies, de gewesten Vlaanderen en Wallonië zijn merkwaardig complementair. Het zuiden van België is groener en kan dit nog verder ontwikkelen, omwille van de ecologie natuurlijk, maar ook omwille van toerisme. Andere streken lenen zich dan weer beter tot industriële activiteit, bij voorbeeld door hun bereikbaarheid. Ook gewoonten en temperamenten verschillen van streek tot streek, waardoor het ene het andere in evenwicht houdt.

Wallonië is inderdaad groener, geen twijfel daarover. Alleen zijn wij dat groene Wallonië niet kwijt bij een eventuele onafhankelijkheid, net zo min als we het prachtige Friesland niet kwijtgeraakt zijn toen via separatisme van Nederland België ontstond. Geen angst dus.

Ondertussen is Brussel de hoofdstad van Europa geworden, een prestige dat afstraalt op het hele land. Daardoor ontwikkelt onze hoofdstad een specifieke eigenheid van wereldstad die het landelijke of provinciale karakter van de andere regio’s mooi aanvult.

Wat vooral afstraalt op de stad zijn de vele lasten en de weinige lusten die de Europese gemeenschap met zich meebrengt. Ze creëert veel werkgelegenheid, maar vooral voor de talrijke expats, die bovendien massaal huizen opkopen in de rand van Brussel waardoor de koop- en huurprijzen voor de modale Vlaming daar niet meer te houden is. Ze vernielde ook hele wijken (Berlaymontgebouw), zorgt voor verkeersinfarcten (dagelijkse files) en verhoogt het risico op terroristische aanslagen. De uitstraling van een stad kan ook anders ingevuld worden, kijk maar naar Barcelona: twintig jaar geleden sprak niemand over die stad, door de verdere onafhankelijkheid van Catalonië is het een ster aan het Zuid-Europese firmament. Brussel heeft minstens evenveel troeven, alleen worden die overschaduwd door politiek negatief aangevoelde Europese bureaucratieën.

Belgische producten genieten bekendheid omwille van hun kwaliteit. Daarbij moeten we niet alleen denken aan Belgische chocolade of Belgisch witlof, , maar ook aan de degelijkheid van het Belgische onderwijs, en dus ook van haar afgestudeerden, aan de degelijkheid van het Belgische wetenschappelijk onderzoek, aan de hoge productiviteit van de werknemers, aan de bekende kunstenaars, aan de kwaliteit van de operahuizen, Belgische atleten en Belgische mode-ontwerpers, en natuurlijk de kwaliteit van de Belgische orkesten en de Belgische vioolschool. De Koningin Elisabeth Wedstrijd is wereldvermaard.

Moet ik lachen om uw satire, of huilen om uw povere kennis van ons land? Het Belgisch witlof is een farce, die wordt haast volledig in Vlaanderen (streek rond Sint-Katelijne-Waver) verbouwd en de Belgische chocolade is heus niet zo’n kwaliteitsproduct, de Zwitserse chocolade is stukken beter (net zoals hun democratie trouwens). Daarenboven bestáát het Belgische onderwijs niet! Dit is al bijna 40 jaar toegewezen aan de gewesten, misschien was u op reis, ik weet het niet. Bovendien presteert het Vlaamse onderwijs stukken beter dan het slabakkende Waalse onderwijs.

Ik heb zelf weinig gegevens over de degelijkheid van het Belgische wetenschappelijke onderzoek? Dit lijkt mij een zeer algemene uitspraak. Zijn alle sectoren dan zo fantastisch goed? En waarop baseert u zich om deze uitspraak te doen? En de productiviteit van de werknemers? Wist u dat er daar zeer grote gewestelijke verschillen bestaan? Zo Belgisch is dat allemaal niet. Welke bekende kunstenaars hebben internationale uitstraling en kunnen Belgisch genoemd worden? Ik heb nog nooit een Belgische kunstenaar gezien: men is cultureel Waal of Vlaming. Zelfde voor de zogenaamd “Belgische” atleten. Justine Henin is een Waalse atlete, Kim Clijsters een Vlaamse. En met die mode-ontwerpers zit het ook wel snor: dat is hoofdzakelijk een Antwerpse en dus Vlaamse kwestie. De koningin Elisabeth wedstrijd is met recht en reden het enige Belgische evenement uit heel uw opsomming. En dat komt enkel omdat onze monarchen de enige Belgen ooit geweest zijn. Excuseer, Duitsers eigenlijk.

Jammerlijk zijn sommige daarvan aangetast door versnippering en populisme ten gevolge van de huidige staatshervorming. Het komt er dan ook op aan in België talent te blijven ontwikkelen en ervoor te zorgen dat dit talent in de eerste plaats in België zelf een toekomst heeft. Positieve discriminatie op basis van nationaliteit is een daartoe voorzichtig en verantwoord te onderzoeken denkpiste, meer bepaald om ontworteling, vervreemding, brain-drain en afbraak van de verzorgingsstaat te vermijden.

Deze conclusie juich ik volmondig toe, alleen zou ik die positieve discriminatie organiseren op het niveau van de natie, niet op het niveau van de staat. De natie waarin ik leef is Vlaanderen, de staat is België.

De Belgische economie is evenals het wegennet, sterk vervlochten, en levert kwaliteit. Omgekeerd komt de sterke uitstraling van België onze economie ten goede, bereikt België meer mensen en beschermt beter tegen de negatieve effecten van de globalisering dan een kleinschalige regio ooit zou kunnen doen.

De economische uitstraling van België is nul. We hebben als land geen enkele multinational, en wat we hebben aan troeven (logistiek centrum worden van Europa) wordt constant genekt vanuit het zuiden van het land, uit vrees dat de Vlaamse natie en het zelfwaardegevoel zou groeien. (zie Di Rupo in de Standaard: “ijzeren rijn is weggesmeten geld) Waar is de Waalse solidariteit daar?

Diversiteit, kwaliteit, humanitarisme, vredelievendheid en zelfrelativering vormen samen een meerwaarde van België, een meerwaarde die we best blijven koesteren.

Ik ook, maar dan in een democratische republiek, en niet in een ondemocratische royalistische particratie en amigocratie waar de politici zelf al dynastieën beginnen te vormen. Leve de republiek!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten