<-- Terug naar inleiding
Alariashi:
Iemand anders die heel ver, euh fel voor de vrijheid van meningsuiting is, is meneer Hans Teeuwen. Die heeft euh onlangs, naja, al een tijdje geleden, een liedje over ons geschreven. Een paar regeltjes heeft ie aan ons toegewijd. (Teeuwen toont twee vingers) Twee?
Teeuwen:
“Een”( Teeuwen toont één vinger)
A: Wat een eer zeg! Een hele regel voor ons!
T: Er zat een rijm in
A: Wacht, wij doen de intro, en dan mag u reageren.
T: ok
A: Wij vonden dat zinnetje nogal vulgair en plat en ga zo maar door, maar om even een beeld te geven aan deze mensen waar we het over hebben, gaan we even naar het fragment luisteren, en ondertussen lopen we even achter u door.
(Opname van liedje Hans Teeuwen: Het Vrije Woord)
Christenhonden, geitenneukers, iedereen doet mee
Jezus en Mohammed op een openbare plee
Nee ik mag niet kwetsen, mijn excuses en ik zal
Voor straf me laten pijpen door de meiden van Halal
Het vrije woord, het vrije woord
(Terug in de studio)
A: U moet ook op de pijnbank plaats nemen. (Teeuwen legt zich op zijn buik op spijkerbed die dient als interviewstoel) Gaat u maar liggen op de pijnbank meneer Teeuwen. Nee op uw rug. (onverstaanbare zin) Er wordt niet gemasseerd.
T: Waarom willen jullie mij niet masseren (schikt zich gemakkelijk op de pijnbank)
A: (gelijktijdig) Hij staat onder stroom en hij beseft het nog steeds niet, dames en heren.
T: Nee, het is rubber, het is gewoon rubber (haalt aansteker uit) Kijk maar (probeert rubber te laten branden, Alariasji probeert hem te stoppen)
A: Meneer Teeuwen, hallo? Pyromaan (publiek wordt opgezweept) Dit doet u niet.
T: Nee, dit is rubber.
A: U bent uw grappen verleerd he? Lang geen show gehad. Ga maar even liggen.
T: Jawel, laatst nog. In Schotland.
A: Gefeliciteerd
T: Dankjewel
A: Waarom heeft u ons beledigd?
T: Ja, vond ik grappig.
A: Ja, wat vond u daar grappig aan?
T: Nou, ik vond het leuk omdat jullie zo kuis zijn, om jullie dan in een seksuele context te noemen
A: Dat vond u grappig?
T: Ja, en als het dan ook nog rijmt, dan is het een kat in een bakkie.
A: Hebben er veel mensen om moeten lachen?
T: Ja
A: Inclusief uzelf?
T: Ja. En ook, weet je wie ook? Een hoogwaardigheidsbekleder uit Amsterdam. Die zag ik namelijk, die zat daar ook. Dat was euh euh de burgemeester. En die moest ondanks zichzelf, want, die kon dat natuurlijk niet maken, en ik zag hem bij die regel (grinnikt)
A: Even ernst
T: Dacht ik, nou ben ik goed bezig.
A: For the news, not for the weather (Engels citaat dat ik niet begrijp) Vanwaar altijd die behoefte om ons te beledigen?
T: Ja, ik vond het grappig
A: U vond het grappig en u dacht, ik doe het gewoon effe?
T: Ja, ik moest een lied schrijven, ik moest daar staan, in die kou en het regende ook nog keihard, dan moest ik wel met iets leuks komen
A: U moet wel reageren op mijn vraag he?
T: IK MOET HELEMAAL NIKS !!!
A: Meneer Teeuwen, ik voer het woord
T: Ja, nu ik!
A: We zijn toch keurige dames, zo praat je toch niet met dames? Electriciteit begint te werken
(Iemand roept iets uit het publiek, Teeuwen kijkt om)
A: Meneer Teeuwen, zo praat u toch niet tegen dames?
T: (Bedeesd) Nee, maar hoe heten jullie dan, zo kan ik jullie ook aanspreken.
A: Mevrouw Alariasji, mevrouw alariasji, mevrouw alariasji
T: Alariasji?
A: Even even even ….
T: (op de wijze van la cucaracha) Alariasji, alariasji
A: Wij zijn hier (komt niet uit haar woorden, gaat zelf lachen) Grappenmaker! Waarom beledigt u zo veel?
T: Ik beledig helemaal niet veel. Ik maak grappen
A: Ontzettend veel
T: O ja, wie dan nog meer?
A: U beledigt ons bijvoorbeeld
T: Ja nou, da’s toch niet zo veel, het zijn er maar drie. Jullie hebben steun aan mekaar, dus jullie kunnen dit samen verwerken
De Vlaamse kijker zit aan zijn zetel genageld. Wat een brutaliteit! Op de VRT is zoiets onvoorstelbaar. Hoe komt het dat wij dit haast niet kunnen vatten? Dat wij gechoqueerd zijn? De verklaring is complex, maar een belangrijk element ligt in een aspect van onze samenleving dat we vandaag de dag marginaliseren, maar gedurende eeuwen een belangrijke invloed gehad heeft op ons doen en laten, denken en durven: de godsdienst. In Vlaanderen was die katholiek, in Nederland protestants. Dat is een belangrijk verschil.
Vlaanderen mag dan al ontkerkelijkt zijn, ontchristelijkt is het zeker niet. In onze gedragingen zitten nog altijd zeer veel meta-culturele invloeden van het katholicisme. Eén daarvan is wat ik zou noemen “gedempte gespreksvoering”. Dit is een overblijfsel van onze katholieke cultuur waar zelfstandig nadenken over geloof uit den boze was. Men luisterde naar de pastoor maar discussieerde er niet mee. Niet voor niets hebben we in Vlaanderen zoveel zegswijzen die gaan over zwijgen. “Vuisten in je zakken maken”, “Je tong tien keer in je mond ronddraaien”, noem maar op. Niet voor niets zijn onze debatten zo braaf, zo oppervlakkig en zo weinig fundamenteel. Wie soms kijkt naar Pauw&Witteman of NOVA weet wat ik bedoel.
In Nederland kan er gedebatteerd worden, heftig en furieus, maar los van de persoon. Dit stamt uit de protestantse traditie, die stelde dat er over geloof net moest gediscussieerd worden. Daarom zijn Nederlanders zo mondig. Het ligt in hun jarenlange traditie, het heftig maar beschaafd (zelfs al vinden wij dat niet) oneens te zijn, terwijl in Vlaanderen de traditie bestaat uit zwijgen en luisteren.
Zelfs Teeuwen en de meiden van Halal (zo noemen ze zichzelf toch) gaan vijf maal door tot de essentie, ook al gaat Teeuwen hier net over het randje van het toelaatbare. De cucaracha-imitatie, het schreeuwen, het niet willen tot rede komen voor een gesprek, dat zijn allemaal dingen die het gesprek op zijn zachtst gezegd niet bevorderen. Maar toch begrijp ik het gedrag van Teeuwen. Hij wordt op de pijnbank gelegd om zich te verantwoorden voor gedrag waarvan hij vindt dat het de Nederlandse samenleving kenmerkt, namelijk openheid en taboedoorbrekend.
Maar het gaat over meer dan dat, en daar is Teeuwen zich heel bewust van. Het gaat over een zeer belangrijke confrontatie van twee wereldbeelden: een theocentrisch versus een antropocentrisch wereldbeeld en een liberaal denken versus een conservatief denken. Teeuwen beseft verder dat dit niet louter praktisch is, maar ook symbolisch: sinds de dood van Theo Van Gogh is hij de belangrijkste verdediger van het Vrije Woord. Een dergelijke uitzending in prime time is van grote invloed op het publieke debat. Hier hangt dus veel van af.
Dat hij in die confrontatie psychologisch ondergeschikt wordt gemaakt (drie tegen één, de straffende connotatie van een pijnbank, een liggende houding), doet in de uitgangspositie ook geen recht aan de evenwaardigheid van beide meningen. Akkoord, een koekje van eigen deeg mag wel eens, want anders is het altijd Teeuwen die op het podium staat. Maar toch is deze eerste rommelige fase essentieel voor een gelijkwaardig debat. Teeuwen gaat namelijk resoluut in de tegenaanval om op een symbolisch gelijkwaardige discussiepositie te komen, zodat zijn bewegingsvrijheid even groot wordt. Hij steekt de fik in het symbool van de pijnbank: “dit is gewoon rubber”, hij wijst subtiel op het machtsvertoon en daardoor ook machteloosheid van het drietal “Jullie zijn met drie, jullie kunnen mijn beledigingen samen verwerken” (en ik zit hier alleen, eigen cursivering), en weigert zijn ongemakkelijke liggende houding te accepteren (frunnikt aan schoenen, zit nooit stil, kijkt rond zich heen alsof ie op een bankje in het park zit.
De aanpak werkt. De meiden van halal weten hier geen blijf mee, en psychologisch is deze strijd gewonnen wanneer mevrouw Alariasji zegt “Meneer Teeuwen, wees nou eens serieus”. Waar dus in eerste instantie van een eerlijke dialoog geen sprake kon zijn, kan nu met gelijke wapens worden gestreden. Wat wij Vlamingen dus aanstootgevend vinden, is eigenlijk metataal. Staat in elke cursus onderhandelen. Of Teeuwen dit bewust heeft gedaan? Of dit “Hineininterpretierung” is? Best mogelijk, maar Teeuwen slaagt er toch maar in om een initieel negatief publiek ten minste neutraal te maken. Subtiliteiten waar wij geen snars van begrijpen.
HLRF!
Smithson.
Door naar het tweede deel -->
Alariashi:
Iemand anders die heel ver, euh fel voor de vrijheid van meningsuiting is, is meneer Hans Teeuwen. Die heeft euh onlangs, naja, al een tijdje geleden, een liedje over ons geschreven. Een paar regeltjes heeft ie aan ons toegewijd. (Teeuwen toont twee vingers) Twee?
Teeuwen:
“Een”( Teeuwen toont één vinger)
A: Wat een eer zeg! Een hele regel voor ons!
T: Er zat een rijm in
A: Wacht, wij doen de intro, en dan mag u reageren.
T: ok
A: Wij vonden dat zinnetje nogal vulgair en plat en ga zo maar door, maar om even een beeld te geven aan deze mensen waar we het over hebben, gaan we even naar het fragment luisteren, en ondertussen lopen we even achter u door.
(Opname van liedje Hans Teeuwen: Het Vrije Woord)
Christenhonden, geitenneukers, iedereen doet mee
Jezus en Mohammed op een openbare plee
Nee ik mag niet kwetsen, mijn excuses en ik zal
Voor straf me laten pijpen door de meiden van Halal
Het vrije woord, het vrije woord
(Terug in de studio)
A: U moet ook op de pijnbank plaats nemen. (Teeuwen legt zich op zijn buik op spijkerbed die dient als interviewstoel) Gaat u maar liggen op de pijnbank meneer Teeuwen. Nee op uw rug. (onverstaanbare zin) Er wordt niet gemasseerd.
T: Waarom willen jullie mij niet masseren (schikt zich gemakkelijk op de pijnbank)
A: (gelijktijdig) Hij staat onder stroom en hij beseft het nog steeds niet, dames en heren.
T: Nee, het is rubber, het is gewoon rubber (haalt aansteker uit) Kijk maar (probeert rubber te laten branden, Alariasji probeert hem te stoppen)
A: Meneer Teeuwen, hallo? Pyromaan (publiek wordt opgezweept) Dit doet u niet.
T: Nee, dit is rubber.
A: U bent uw grappen verleerd he? Lang geen show gehad. Ga maar even liggen.
T: Jawel, laatst nog. In Schotland.
A: Gefeliciteerd
T: Dankjewel
A: Waarom heeft u ons beledigd?
T: Ja, vond ik grappig.
A: Ja, wat vond u daar grappig aan?
T: Nou, ik vond het leuk omdat jullie zo kuis zijn, om jullie dan in een seksuele context te noemen
A: Dat vond u grappig?
T: Ja, en als het dan ook nog rijmt, dan is het een kat in een bakkie.
A: Hebben er veel mensen om moeten lachen?
T: Ja
A: Inclusief uzelf?
T: Ja. En ook, weet je wie ook? Een hoogwaardigheidsbekleder uit Amsterdam. Die zag ik namelijk, die zat daar ook. Dat was euh euh de burgemeester. En die moest ondanks zichzelf, want, die kon dat natuurlijk niet maken, en ik zag hem bij die regel (grinnikt)
A: Even ernst
T: Dacht ik, nou ben ik goed bezig.
A: For the news, not for the weather (Engels citaat dat ik niet begrijp) Vanwaar altijd die behoefte om ons te beledigen?
T: Ja, ik vond het grappig
A: U vond het grappig en u dacht, ik doe het gewoon effe?
T: Ja, ik moest een lied schrijven, ik moest daar staan, in die kou en het regende ook nog keihard, dan moest ik wel met iets leuks komen
A: U moet wel reageren op mijn vraag he?
T: IK MOET HELEMAAL NIKS !!!
A: Meneer Teeuwen, ik voer het woord
T: Ja, nu ik!
A: We zijn toch keurige dames, zo praat je toch niet met dames? Electriciteit begint te werken
(Iemand roept iets uit het publiek, Teeuwen kijkt om)
A: Meneer Teeuwen, zo praat u toch niet tegen dames?
T: (Bedeesd) Nee, maar hoe heten jullie dan, zo kan ik jullie ook aanspreken.
A: Mevrouw Alariasji, mevrouw alariasji, mevrouw alariasji
T: Alariasji?
A: Even even even ….
T: (op de wijze van la cucaracha) Alariasji, alariasji
A: Wij zijn hier (komt niet uit haar woorden, gaat zelf lachen) Grappenmaker! Waarom beledigt u zo veel?
T: Ik beledig helemaal niet veel. Ik maak grappen
A: Ontzettend veel
T: O ja, wie dan nog meer?
A: U beledigt ons bijvoorbeeld
T: Ja nou, da’s toch niet zo veel, het zijn er maar drie. Jullie hebben steun aan mekaar, dus jullie kunnen dit samen verwerken
De Vlaamse kijker zit aan zijn zetel genageld. Wat een brutaliteit! Op de VRT is zoiets onvoorstelbaar. Hoe komt het dat wij dit haast niet kunnen vatten? Dat wij gechoqueerd zijn? De verklaring is complex, maar een belangrijk element ligt in een aspect van onze samenleving dat we vandaag de dag marginaliseren, maar gedurende eeuwen een belangrijke invloed gehad heeft op ons doen en laten, denken en durven: de godsdienst. In Vlaanderen was die katholiek, in Nederland protestants. Dat is een belangrijk verschil.
Vlaanderen mag dan al ontkerkelijkt zijn, ontchristelijkt is het zeker niet. In onze gedragingen zitten nog altijd zeer veel meta-culturele invloeden van het katholicisme. Eén daarvan is wat ik zou noemen “gedempte gespreksvoering”. Dit is een overblijfsel van onze katholieke cultuur waar zelfstandig nadenken over geloof uit den boze was. Men luisterde naar de pastoor maar discussieerde er niet mee. Niet voor niets hebben we in Vlaanderen zoveel zegswijzen die gaan over zwijgen. “Vuisten in je zakken maken”, “Je tong tien keer in je mond ronddraaien”, noem maar op. Niet voor niets zijn onze debatten zo braaf, zo oppervlakkig en zo weinig fundamenteel. Wie soms kijkt naar Pauw&Witteman of NOVA weet wat ik bedoel.
In Nederland kan er gedebatteerd worden, heftig en furieus, maar los van de persoon. Dit stamt uit de protestantse traditie, die stelde dat er over geloof net moest gediscussieerd worden. Daarom zijn Nederlanders zo mondig. Het ligt in hun jarenlange traditie, het heftig maar beschaafd (zelfs al vinden wij dat niet) oneens te zijn, terwijl in Vlaanderen de traditie bestaat uit zwijgen en luisteren.
Zelfs Teeuwen en de meiden van Halal (zo noemen ze zichzelf toch) gaan vijf maal door tot de essentie, ook al gaat Teeuwen hier net over het randje van het toelaatbare. De cucaracha-imitatie, het schreeuwen, het niet willen tot rede komen voor een gesprek, dat zijn allemaal dingen die het gesprek op zijn zachtst gezegd niet bevorderen. Maar toch begrijp ik het gedrag van Teeuwen. Hij wordt op de pijnbank gelegd om zich te verantwoorden voor gedrag waarvan hij vindt dat het de Nederlandse samenleving kenmerkt, namelijk openheid en taboedoorbrekend.
Maar het gaat over meer dan dat, en daar is Teeuwen zich heel bewust van. Het gaat over een zeer belangrijke confrontatie van twee wereldbeelden: een theocentrisch versus een antropocentrisch wereldbeeld en een liberaal denken versus een conservatief denken. Teeuwen beseft verder dat dit niet louter praktisch is, maar ook symbolisch: sinds de dood van Theo Van Gogh is hij de belangrijkste verdediger van het Vrije Woord. Een dergelijke uitzending in prime time is van grote invloed op het publieke debat. Hier hangt dus veel van af.
Dat hij in die confrontatie psychologisch ondergeschikt wordt gemaakt (drie tegen één, de straffende connotatie van een pijnbank, een liggende houding), doet in de uitgangspositie ook geen recht aan de evenwaardigheid van beide meningen. Akkoord, een koekje van eigen deeg mag wel eens, want anders is het altijd Teeuwen die op het podium staat. Maar toch is deze eerste rommelige fase essentieel voor een gelijkwaardig debat. Teeuwen gaat namelijk resoluut in de tegenaanval om op een symbolisch gelijkwaardige discussiepositie te komen, zodat zijn bewegingsvrijheid even groot wordt. Hij steekt de fik in het symbool van de pijnbank: “dit is gewoon rubber”, hij wijst subtiel op het machtsvertoon en daardoor ook machteloosheid van het drietal “Jullie zijn met drie, jullie kunnen mijn beledigingen samen verwerken” (en ik zit hier alleen, eigen cursivering), en weigert zijn ongemakkelijke liggende houding te accepteren (frunnikt aan schoenen, zit nooit stil, kijkt rond zich heen alsof ie op een bankje in het park zit.
De aanpak werkt. De meiden van halal weten hier geen blijf mee, en psychologisch is deze strijd gewonnen wanneer mevrouw Alariasji zegt “Meneer Teeuwen, wees nou eens serieus”. Waar dus in eerste instantie van een eerlijke dialoog geen sprake kon zijn, kan nu met gelijke wapens worden gestreden. Wat wij Vlamingen dus aanstootgevend vinden, is eigenlijk metataal. Staat in elke cursus onderhandelen. Of Teeuwen dit bewust heeft gedaan? Of dit “Hineininterpretierung” is? Best mogelijk, maar Teeuwen slaagt er toch maar in om een initieel negatief publiek ten minste neutraal te maken. Subtiliteiten waar wij geen snars van begrijpen.
HLRF!
Smithson.
Door naar het tweede deel -->
Gijlieden beweert dat de wetenschap de vromen heeft verslagen en wij zien ze nog werken met laster en huichelarij!
BeantwoordenVerwijderenWat vooral (...) van belang is, is wel aan te tonen dat er bedrog gepleegd wordt in alles wat de godsdienst betreft...
Niet met de wetenschap bestrijdt men het christendom, want de grote hoop leest die vertogen niet. Men moet het bedrog tentoonstellen, om bekeerlingen te maken. Men moet aantonen dat die spookhistories de maatschappij niet verder gebracht hebben, maar achteruit.
Ge weet, [dat] mijn walg van de idioot van Nazareth met de dag aangroeide. En geen wonder als men dagelijks makelaars in zaligheid moet zien, die geloven dat een godsdienst, die begon met overspel en eindigde in zelfmoord, zo voortreffelijk is. Jehova Junior's gewauwel werd mij zo walgelijk...
Men kan zeggen, dat het calvinisme op iemands hersens dezelfde invloed uitoefent als een afgedwaalde molenwiek op iemands hersenpan. Men komt er niet van op. De deuk zit er in.
De Joden hebben de Indische godsdienst een Joods kleurtje gegeven en dat heet nu christendom (...) De Joden zaten onder de plak van één despoot en de Indiërs van vele.
Amice, Aangaande uw expectoratie op het kringetje waarin ik mij beweeg, zij is zeer aardig en goed gemeend, maar hoe kunt ge denken dat ik in een kringetje leef van christelijke vuiliken?
Amice, Uw brief heeft me niet overtuigd, dat Holland zo ontzettend is vooruitgegaan. Hoe komt het dat [Hollanders] nog altijd blijven hangen aan de ‘zegeningen’ van het onverdraagzame met kwijl en bloed werkende christendom?
Draper waarschuwt tegen het gevaar dat onze beschaving zou kunnen ondergaan als die van de Arabieren in Spanje, toen de orthodoxie hen de baas werd.
De vromen zijn juist nu gevaarlijk, want hun minderheid beseffende, vormen zij vaste gelederen (...) Dat ge zo tam zijt tegenover de vromen, verbaast mij, want ook gij hebt van hun laster geleden.
Het is drukkend warm en ik lijd ook aan snot en kwijl als een onvervalste christen.
http://www.dbnl.org/tekst/tuuk001peni01_01/tuuk001peni01_01_0006.php
Te zien op youtube: https://www.youtube.com/watch?v=jvkshYLyi1k
BeantwoordenVerwijderen